:34:02
-Liggen de zaken zo?
-Zo liggen de zaken.
:34:04
We bestrijden de misdaad
en mondje dicht.
:34:08
Bent u getrouwd?
:34:10
-Vriendin?
-Het is uit.
:34:15
M'n werk kwam ertussen.
:34:23
Iemand heeft de brandkraan
omgereden.
:34:31
-Ik doe dit wel.
-Ik heb hoofdpijn.
:34:34
We hebben dienst.
:34:36
Ik heb een aspirientje nodig.
Zo groot als een ijshockeypuck.
:34:42
Kunt u even hier komen?
:34:45
Even kalm aan.
:34:54
Goedemorgen, agent.
:34:59
-Waar liggen de aspirines?
-Achterin, bij de frisdranken.
:35:13
Hoe kwam het dat hij de kraan omreed?
:35:17
-Doe de kassa open.
-Niet schieten.
:35:22
De brandkast ook.
:35:38
37 K-5. Schoten gelost.
Verzoek om assistentie.
:35:51
Malone, bent u ongedeerd?
:35:58
Achteruit.