1:36:26
Ga nou ergens heen.
-We wachten op het echte werk.
1:36:30
Laten we wat uitlokken.
-Met wie?
1:36:33
Rijden, niet stilstaan.
Als we stilstaan gaan we eraan.
1:36:39
Laten we wat vernielen.
Iets bombarderen.
1:36:42
Wat wil je vernielen?
-Ruiten.
1:36:45
Destructie, afleiding.
1:36:47
Je moet een reden hebben.
Anders is het anarchie.
1:36:51
Weet jij een reden?
-Even denken.
1:36:55
Kijk eens, typisch een taxi.
1:36:58
Swami, dit is een oversteekplaats.
Daar mag je niet op staan.
1:37:02
Senegalese hoofddoek.
Klootzak.
1:37:18
Ik zie al iemand.
1:37:22
Hij daar.
1:37:26
Sinds ie vrij is,
terroriseert ie de buurt.
1:37:30
De man zorgt voor de slechte naam
van de buurt.
1:37:34
Maatschappelijk probleem
is zijn uitvinding.
1:37:39
De man is gestoord.
1:37:42
Waarom sluiten ze 'm dan niet op?
En de bajes wil 'm niet.
1:37:47
Ik heb 'm wel eens water gegeven.
Ik was aardig voor hem, en kijk nu.
1:37:54
Kijk eens.
En dat noem jij een gestoorde?
1:37:57
Elke klap is berekend.
Hij weet precies wat ie doet.