:59:04
-Wat wil je weten?
-Hoe lang het duurde.
:59:07
-Om ons stom te kunnen voelen?
-Wat ze van plan waren.
:59:10
-Ik kan je niet helpen.
-Je doet je best.
:59:13
-Wou je leuk zijn?
-Nee, niet meer.
:59:19
Laat me met rust, eikel.
:59:22
Als dat woord je niet bevalt,
zeg 't dan niet.
:59:25
Weet je wat er gebeurt als
een Congreslid je aanklaagt?
:59:29
-Dan komen we in de krant.
-Dat lijkt wel chantage.
:59:33
-Ik ben geen advocaat.
-En ik ben geen onderzoek.
:59:36
Wie ga je nu ondervragen?
Buren, personeel, vrienden?
:59:41
-Praat dan met me.
-Over m'n huwelijk?
:59:44
Om me iets te laten bekennen?
Het is mijn leven.
:59:47
Jij bent niet de enige betrokkene.
:59:51
Als ze het van je vrouw ontdekken,
is het een roddel.
:59:55
Als ze het van m'n man horen,
komt het in de krant.
:59:58
M'n dochter is dol op haar vader.
Wat moet ik haar vertellen?
1:00:04
Geen idee.
1:00:16
Kom, ik wil je iets laten zien.
1:00:31
Mooi, hè?
1:00:35
Ze hebben hier vast iets gedronken.
1:00:40
-Wil je hun kamer zien?
-Nee.
1:00:44
-Ze zijn hier niet geweest.
-Deze keer niet.
1:00:48
Ze heeft hier op 1 9 februari
en 1 4 mei gelogeerd.
1:00:53
Als hij bij haar was, heeft hij
zich niet ingeschreven.