:48:00
Je moet op dingen bezuinigen.
:48:02
Ik heb geld verbrand.
Die vent daagde me uit.
:48:06
Hij vijftig, ik honderd. Hij twintig,
ik weer honderd. Dat kan ik laten.
:48:12
Wil je in het armenhuis belanden ?
Heb je dat ooit vanbinnen gezien ?
:48:17
Je salaris en extraatjes gaan naar mij.
Je krijgt van mij zakgeld.
:48:23
Het is mooi geweest.
Het is uit met de pret.
:48:26
Je geeft te veel uit.
We moeten 't zuinig aan doen.
:48:30
Wat zijn je uitgaven, behalve eten ?
:48:35
Doktersrekeningen ? Heb je 'n dokter ?
Ik vind 'n dierenarts die goedkoper is.
:48:40
En deze gaat uit.
:48:44
Stroom is niet gratis.
:48:46
We moeten elk dubbeltje omdraaien.
:48:50
Wat is dat ?
:48:57
Voor m'n verjaardag ?
:49:02
Cadeautjes zijn te duur.
:49:05
Dit moet terug. Je moet 't terugbrengen.
:49:14
De geitenleren handschoenen
die ik wilde.
:49:18
Dit zijn...
:49:20
... precies de handschoenen die ik wou.
:49:26
Weet je, ik zal je matsen.
Omdat ik jarig ben, mag je ze me geven.
:49:38
Heb jij die gemaakt ?
:49:46
Die hanenpoten van je.
:49:49
We zijn nu alweer
bijna een jaar bij elkaar.
:49:55
Een jaar...
:49:58
Dat is eng.