:18:03
Misschien kan ik iets voor je doen.
:18:06
Ik mag dit eigenlijk niet doen.
- Wat niet ? Je doet zo raadselachtig.
:18:14
We gaan een eindje wandelen. Ik ga je
iets vertellen wat je niet zult geloven.
:18:23
Weet je wat een muze is ?
- Ik dacht het wel.
:18:28
Het zijn de negen dochters van Zeus
die kunstenaars inspiratie geven.
:18:34
Daar komt het woord 'muziek' vandaan.
- Interessant. Dat wist ik niet.
:18:40
Wat wil je ermee zeggen ?
:18:43
Stel dat ik zeg dat ze nog bestaan.
- De muzen ?
:18:48
Ik ben op een eenhoorn
hiernaartoe gekomen.
:18:51
Ik meen het serieus.
Luister naar wat ik je te zeggen heb...
:18:57
en wees onbevangen. Ga zitten.
:19:02
Die vrouw die je vanochtend
in de taxi zag stappen...
:19:09
is een muze.
- Kom nou.
:19:12
Ik ken haar van een feest. Rob Reiner
had ons aan elkaar voorgesteld.
:19:17
Er waren daar allemaal schrijvers
en regisseurs. En zij kende iedereen.
:19:23
Ik ben blij dat ik haar heb leren kennen.
Als je haar af en toe spreekt...
:19:28
schrijf je beter dan je ooit gedaan hebt.
:19:32
Ik moet wel erg zielig zijn
dat je met zo'n verhaal komt.
:19:37
Dit is geen sprookje, maar echt.
- Echt ?
:19:41
Weet je nog dat ik een halfjaar geleden
niet uit dat hotelscript kwam ?
:19:47
Heeft zij dat voor je geschreven ?
- Nee, ze schrijft niet. Ze inspireert.
:19:54
Komt ze uit Griekenland ?
- Ik heb geen idee.
:19:58
Haar stamboom is zo oud als de wereld.
Ik stel haar eigenlijk nooit vragen.