:23:03
Dan ga ik in jouw huis, en jij hier.
:23:15
Ik mag 'm wel.
:23:17
Jij vindt iedereen aardig.
:23:25
Nee, ik mag 'm wel.
:23:27
Jij vindt iedereen aardig.
:23:32
Miss Sherwood is bij het ontbijt
vanwege 't koffiezetapparaat.
:23:38
Ermelinda liet zien hoe je espresso
maakt. Nu voelt ie zich volwassen.
:23:43
Ik heb 'm gekocht.
:23:45
Is dat voor mij ?
- Voor Tom. Hij heeft niet geklaagd.
:23:48
Schitterende ring.
:23:51
Tom, ik hou van je. Zie je wel ?
:23:54
Ik heb plechtig beloofd dat ik 'm
nooit afdoe. Anders kreeg jij 'm.
:24:00
Geweldig, he ? Uit Napels. Ik heb
er twee weken over onderhandeld.
:24:04
Hij was toch niet goedkoop ?
- Jawel.
:24:09
Help je me met 'n cadeau
voor Francis ?
:24:12
Wie is dat ?
- M'n verloofde.
:24:15
Verloofd ? Jij bent verrassend,
Ripley. Wie is het ?
:24:19
Je ouders kennen haar.
- O, god.
:24:22
Ik zie het al: 'Ging Dickie maar
eens een geregeld leven leiden.'
:24:26
'Iedere ouder heeft recht op
een kleinkind.' O god, nooit.
:24:31
Ik zweer op je ring, Marge.
Ik ga nooit meer terug.
:24:35
Zeg wanneer ik moet trekken.
Het werkt niet.
:24:39
Ik doe 't fout.
:24:43
Zo gaat 't beter, he ?
We maken wel een matroos van je.
:24:48
Je doet 't heel goed.
:24:50
De bar gaat open.
- Ja, graag.
:24:52
Kunnen we naar Venetiƫ ?
- Ja, heerlijk.
:24:57
Venetiƫ zien en sterven.
Ja, toch ? Of was 't Rome ?