:26:49
Goedemorgen. Wilt u iets eten ?
:26:52
Het spijt me,
ik spreek geen Spaans.
:26:57
Wacht even. Ik spreek Spaans.
:27:02
Alle duivels.
Ik spreek echt Spaans.
:27:08
Dat zou Mrs Klein,
m'n lerares Spaans, moeten horen.
:27:12
Ze zei altijd dat ik geen twee
zinnen achter elkaar kon zeggen.
:27:17
Daar zat ze dan goed naast.
:27:20
Hallo. Aangenaam. Ik ben Elliot.
:27:25
Hallo, Juan. Hallo, Estaban.
Waar is de bibliotheek ?
:27:30
Dit is het huis van m'n tante. Nee,
ik krijg uitslag van schaaldieren.
:27:35
Voelt u zich goed ?
- Heel goed. Ik voel me geweldig.
:27:42
Mooi. Het ontbijt is klaar.
:27:44
En de mannen vragen of u naar de
stallen komt voor de nieuwe hengst.
:27:50
De stallen ?
:27:52
O, mijn stallen.
:27:54
Ik zal m'n lieve vrouw vragen
of ze meegaat.