Dinosaur
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:50:28
Kom je nog of wat?
:50:31
Wat is dat met jou?
:50:34
Ik weet tenminste genoeg
om niet in de regen te zitten.

:50:37
Kom op, nu.
Sta op.

:51:02
- Uh, je kunt bij ons gaan liggen.
Dat is een stuk warmer.

:51:14
Mag ik je er aan herinneren
dat hij 1 van hen is ?

:51:17
Nou, het ziet er uit
dat hij nu 1 van ons is.

:51:29
Ahh. Wie heeft deze
reis eigenlijk geboekt?

:51:32
Ach, je komt nog vroeg genoeg op jou
nest gronden.

:51:35
Wel, wanneer we daar komen,
Zal ik Kron eens vertellen wat ik van hem denk.

:51:38
- Vertel het hem, Eema.
:51:48
Als ik zo diep kon slapen,
dan was ik in het paradijs.

:51:52
Als jij zo diep kon slapen, schat,
Dan was je dood.


vorige.
volgende.