:51:09
Negen.
- En het zesde getal.
:51:17
27.
:51:22
Waar is ze mee bezig ?
:51:25
Jij bent niet slim genoeg
om zoiets te flikken.
:51:31
Die ballen liggen daar maar.
:51:53
Jij bent die...
- Weerman.
:51:58
Ik kijk elke avond naar je.
:52:01
Ik help je wel even.
- Dat hoeft echt niet, dank je.
:52:06
Vast tof om zo'n baan te hebben.
- Het brengt brood op de plank.
:52:11
Je leest je tekst
zeker gewoon voor ?
:52:14
Koud in 't oosten, storm van rechts,
dat wordt regen.
:52:18
Dat is te simpel.
:52:20
Ik geef over een paar maanden
een feest. Is 't dan mooi weer ?
:52:24
Prachtig weer. Zeg, leuk om even
met je te hebben gepraat.
:52:29
Hoe heette je ook weer ?
- Dale.
:52:32
De Ploert ?
:52:34
M'n excuses voor de vorige keer
dat ik je heb gesproken.
:52:39
Ik voelde me toen niet zo goed.
Ik zat nogal in de rats en zo.
:52:44
Ik was opgepakt, weet je.
:52:46
En ik had gedronken, en dat gaat niet
goed samen met m'n medicijnen.
:52:51
Mag ik deze openmaken ?
:52:53
Het was geen goed moment.
Ik bied je m'n excuses aan.
:52:58
Het geeft niet . Ik zou jou
m'n excuses moeten aanbieden.