The Kid
prev.
play.
mark.
next.

:01:00
Ik zoek m'n kleingeldbeer.
:01:03
Bijna interessant.
Wat krijgt u van haar?

:01:07
5,26.
-Tel er maar bij.

:01:09
Misschien in deze.
:01:12
Samen 9,65.
:01:15
Dat hoefde u niet te doen.
:01:16
't Was niet voor u.
En geefdie bagage af.

:01:20
Zak.
:01:35
Wat is er, gouverneur?
:01:36
Een ofandere schoft bijJustitie...
:01:41
...heeft 't over de gevangenis.
:01:51
Bel snel een whaaambulance.
:01:55
Wat zegt u?
:02:05
Weet u waar politici onder zestig
aan doodgaan?

:02:09
Zelfmedelijden.
:02:10
Ik help u graag uit de sloot
waar u zo bereidwillig bent ingelopen.

:02:15
Maar u moet iets doen.
-Wat?

:02:18
Niet huilen.
:02:19
Als 't lukt.
-Ik bedoel nu, dus.

:02:22
Ik krijg koppijn.
:02:40
Wilt u misschien iets drinken?
:02:42
Is er maltwhisky?
:02:47
En, wat doejij?
:02:51
Wil je 't vertellen?
Een vreemde praat makkelijker.

:02:59
Iets met internet.

prev.
next.