1:06:00
Met mij.
1:06:03
Tussen nu en dat ik jou word.
Wat gebeurt er ?
1:06:07
Doe ik ooit iets goed ?
1:06:09
Je doet van alles goed.
1:06:12
Wat dan ?
1:06:16
Je overleeft de lagere school,
op 't nippertje.
1:06:20
Op de middelbare school
blijf je 'n watje.
1:06:23
Maar je bent niet dom.
Je werkt je 't apezuur.
1:06:26
Je haalt hoge cijfers.
Hele hoge.
1:06:30
Je krijgt een beurs voor UCLA.
1:06:33
Ben ik slim ?
1:06:35
Heel slim. Maar nog steeds 'n watje.
Kruip erin.
1:06:45
Opschuiven.
1:06:47
Op de universiteit
begint 't beter te gaan.
1:06:51
Je gaat sporten,
vindt een spraaktherapeut.
1:06:54
Je werkt je 't apezuur,
en studeert als beste af.
1:06:59
Je gaat door in bedrijfskunde.
1:07:02
En werk me 't apezuur.
1:07:05
Dat is je leven, knul.
1:07:06
Maar terwijl je nu
'n zielenpoot bent...
1:07:11
... word je later een machtige,
rijke meidenmagneet.
1:07:15
Zonder hond of meid.
1:07:19
Zie je mij zo ?
Een vent zonder hond en meid ?
1:07:23
En met 'n tic.
- Juist.
1:07:26
Wanneer krijg ik die ?
- Weet ik niet meer.
1:07:29
Wanneer leer ik autorijden ?
- Zestien.
1:07:32
En 'n auto ?
- Achttien.
1:07:34
En 'n zuigzoen ?
1:07:37
Zeventien.
- Wanneer hoor ik wat dat is ?
1:07:42
Niet vanavond.
1:07:52
Ik snap nu wat jij doet.
1:07:54
Ik bedoel, ik snap waarmee ik
later m'n geld ga verdienen.
1:07:59
Ik kan 't uitleggen.