1:34:13
Het is gelukt.
1:34:23
Krijg nou wat.
1:34:25
Het lukt ons.
1:34:30
Het gaat goed met ons.
1:34:33
't Gaat goed met ons.
1:34:35
Je bent piloot.
1:34:37
Je bent piloot.
- Nee, jij.
1:34:39
Ik ben piloot.
- We worden piloot.
1:34:41
We worden later piloot.
1:34:44
Zag je onze hond ?
- Hoe heet hij ?
1:34:47
De fijnste hond ter wereld.
1:34:53
En ons gezin ?
1:34:56
Wreed.
1:35:00
Die mevrouw zag er bekend uit.
1:35:03
Dat vond ik ook.
1:35:20
Moet je ons zien.
1:35:23
Moet je ons zien.
1:35:30
Ik ben geen watje.
1:35:49
Moet je ons zien.