:41:07
Lekker. Wel heet.
:41:12
Er is een geest in m'n huis.
:41:18
Ik heb haar gezien in het water,
naast me in bad.
:41:21
Hoe ziet ze er uit?
:41:25
Ze lijkt op mij.
:41:31
Alleen heeft ze groene ogen.
:41:34
Enig idee wie ze is?
:41:37
Misschien.
Maar dat zeg ik liever nog niet.
:41:41
Prima.
:41:49
Wat denkt u dat ik moet doen?
-Probeer contact met haar te krijgen.
:41:54
Probeer erachter te komen
wat ze wil.
:41:59
Moet ik soms
gaan glaasje draaien?
:42:07
Nou maar hopen dat de geest
naar de wc moet.
:42:11
Hier heb ik haar gezien.
-Daar zit wat in.
:42:16
Waar heb je hem nou gevonden?
-De supermarkt.
:42:19
Ik geloof dat we in een beschermende
cirkel horen te zitten.
:42:23
Waar heb je die vandaan?
-Doet er niet toe.
:42:28
Je hebt de dode haar slipper gestolen.
-Je hebt iets van de dode nodig.
:42:33
Wie zegt dat? Zit er nou bloed op?
:42:36
Ik weet het niet. Leg je vingers
nou maar op de pijl.
:42:52
We willen communicering
met de geest.