1:22:01
Bedoel je dat zijn gebit harder is
dan jouw vuist?
1:22:04
lk laat 't je zien, Baby Boy.
Ik laat je de ultieme vuistslag zien.
1:22:09
Nee, Pea. Niet bij hem.
1:22:11
Sla Meneer Drank maar.
Hij wilde mijn drank jatten.
1:22:15
Je moet dichtbij gaan staan.
Dan haal je je arm naar achteren.
1:22:19
Maar niet te ver.
Richt op de neus of de mond.
1:22:23
Bij voorkuur de neus, die is zacht.
1:22:25
- "Bij voorkuur"?
- Je weet wat ik bedoel.
1:22:31
Dat is alles. Probeer jij 't maar.
1:22:34
- Sta op, fietsendief.
- Kom op, nou. Mijn kaak doet zeer.
1:22:38
Niemand heeft met jou
of je maten te doen. Stelletje overvallers.
1:22:43
Sta op voor ik je kop helemaal kapot sla!
1:22:50
Niet terugdeinzen. Sta stil.
1:22:54
Ik zei: niet terugdeinzen.
1:22:57
Zo moet het, Baby Boy.
1:23:04
Niet terugdeinzen.
Sta stil, of je krijgt er twee.
1:23:08
Kin omhoog. Kin omhoog, nikker.
1:23:14
Ach jee, jij hebt lef.
1:23:17
Kijk hem eens. Heb je lef?
1:23:21
Heb je lef? Zeg 't maar.
1:23:28
Laat 'm maar. Hij heeft lef. Laat hem gaan.
1:23:32
Ja, ik zal 'm niet slaan.
1:23:34
Ik zal je niet slaan, want je hebt lef.
Dat respecteer ik.
1:23:38
Jij bent geen watje zoals die maten van je.
1:23:41
Laat 'm gaan.
1:23:42
Ik zal 'm niet slaan.
Maar je krijgt wel op je donder.
1:23:45
Je krijgt op je donder!
1:23:50
- Wie is er hier de baas?
- Jij bent de baas.
1:23:53
Harder, nikker! lk sla je op je donder!
1:23:56
Waardeloze dief! Sta op!