:42:01
- Hoe gaat ie ?
- Geweldig.
:42:04
- Gord heeft 't tegenwoordig druk, zeker ?
- Hij is me er eentje.
:42:08
Hij werkt dag en nacht
aan z'n geweldige computerbaan.
:42:12
- Ik zag hem daar net zitten.
- Wat ?
:42:14
Zo te zien had hij 'n belangrijke vergadering.
:42:17
Praat 's wat harder.
Dit is m'n mobiele telefoon.
:42:21
Dat kan me niet schelen. Je bent ontslagen.
:42:24
Je bent ontslagen.
:42:27
Haal je kastje in de club maar leeg.
Je bent ontslagen.
:42:30
Het patroon.
Het kan me niet schelen wat hij zei.
:42:33
Ik heb het over 40 miljoen Duitse mark.
:42:37
40 miljoen Duitse mark.
:42:40
Ik zei vorige week dat je 't
naar Genève moest sturen.
:42:43
Ik zei Genéve en jij hebt Helsinki verstaan.
:42:48
40 miljoen Duitse mark.
:42:54
- Wat is er aan de hand ?
- Pa... Jim.
:42:58
- Is dit jouw vader ?
- Dit is kleine Timmy.
:43:01
Hij werkt bij 't bedrijf.
Hij haalt eten en zo voor ons.
:43:05
Wat gebeurt hier ?
Waarom ben je niet op je nieuwe werk ?
:43:10
Waar heb je 't over, Timmy ?
:43:16
Er is helemaal geen computerbaan, hé ?
:43:19
Je gaat gewoon op stap in mijn pak
en hangt de geslaagde zakenman uit.
:43:25
Ik zit te bellen met m'n mobieltje.
:43:27
Dat is mijn keukentelefoon.
:43:30
En wat is dit ? Tjonge.
:43:33
Ziezo.
:43:35
M'n cassetterecorder.
:43:38
Hij doet alsof ie 'n mobieltje heeft. Hij is 'n
werkloze sukkel die in m'n kelder woont.
:43:45
Wacht eens even.
:43:47
Jij bent invalide.
:43:52
- Is er iets met m'n benen ?
- Dat weet jij 't beste.
:43:54
- Of ben je gewoon lui ?
- Hou je mond.
:43:58
Zeg jij dat ik m'n mond moet houden ?