:18:24
Oh, God, dit is helemaal ondraaglijk.
:18:53
Vuile klootzak !
Wat mankeert jou ?
:18:56
Oh, mijn God. Hij is het.
:19:00
Kan er iemand rijden ?
- Hij is krankjorum.
:19:03
We moesten hem maar naar huis volgen.
Vergeet dat maar.
:19:06
Kom op, Josh. Wil je niet
weten waar deze vent woont ?
:19:20
God, hij woont dicht bij
ons in de buurt.
:19:22
Hij ziet er zelfs helemaal
niet als een landloper uit.
:19:24
Dat weet ik.
:19:26
Zou hij ook niet bezopen zijn ?
:19:30
Deze dingen overkomen hem altijd.
:19:34
Spiegeltje, spiegeltje aan de wand.