1:20:07
- Ik ben hier komen wonen.
- Waar ?
1:20:10
Een gebouw hier tegenover.
Het heeft een prachtig uitzicht.
1:20:14
- Dat klinkt leuk.
- Wil je het zien ?
1:20:19
Ik weet het niet. Ik ken je net.
1:20:22
Ik ben Bob Smouthe.
1:20:23
Amanda Pierce.
1:20:26
Weet je, ik moet eerlijk tegen je zijn, Bob.
1:20:29
Ik weet het.
Smouthe is een vreemde naam.
1:20:32
Het is goed om meteen eerlijk te zijn.
1:20:35
- Wat voor werk doe je, Bob ?
- Grappig dat je dat vraagt.
1:20:39
Ik ben net gepromoveerd tot een fijne,
saaie kantoorbaan bij de F.B.I..
1:20:43
Dat is grappig.
Je lijkt erg op een jongen die ik kende.
1:20:46
- Een leuke jongen ?
- Een geweldige jongen.
1:20:48
Maar hij is niet zo knap als jij.
1:20:51
Kom.
1:20:56
Kom hier.
1:21:02
Kijk 's omlaag.
1:21:07
- O, God.
- Ik zei toch dat ik een mooi uitzicht had ?
1:21:11
Ik heb gehoord dat je niet
bij de buren naar binnen moet kijken.
1:21:14
- Dat leidt tot problemen.
- Je kunt niet altijd geloven wat je ziet.
1:21:18
Een vrouw die ik kende, zei me
dat je soms verder moet kijken.
1:21:35
Dat is een vreemd gevoel.
1:21:37
Snap je wat ik bedoel ?
1:21:39
Kunnen we dat nog 's proberen ?
1:21:42
Zeker weten.