:06:00
lk heb de ring, Herb.
:06:03
Welke ring?
-Dé ring.
:06:08
Wat bedoel je?
-Vanavond gaat het gebeuren.
:06:13
Zij heeft me uit een nachtmerrie
gehaald. Zij maakt me gelukkig.
:06:18
Niet al dit gedoe.
:06:32
Deze kant op. Zie je deze deur?
:06:36
Het mooie is dat je erdoor
naar buiten kunt. . .
:06:40
en als hij dicht is,
kun je niet meer terug.
:06:43
Wil je gaan? Maar iedereen is
weg van je.
:06:48
lk wil hier niet bij al
die persmuskieten blijven.
:06:53
lk wil alleen met jou thuis zijn.
:06:56
Kom. lk heb trouwens iets
wat ik je wil geven.
:07:01
Kan dat later niet?
:07:04
Ja, maar later kan beter eerder zijn.
:07:24
Heb je alles?
:07:27
Dit zijn nog maar de prototypes.
Neem ze nou gewoon mee.
:07:32
leer ze een beetje kennen
voor je nee zegt.
:07:37
Nee.
-Nog één ding:
:07:42
Er komen nog een paar vrachtwagens.
Wachten jullie daar niet op?
:07:48
Goed, ga maar.
Jullie zijn een knap stel.
:07:55
O nee, die aap staat in de weg.
:07:58
Vraag eens of hij opzij gaat.
-Ja, goed.