:41:01
Hij was een kwaadaardig mens.
:41:03
Ik vond een foto van z'n vrouw.
:41:07
Ze lijkt sprekend op jou.
- Vind je?
:41:11
Ze heeft minder gespleten haarpunten
en niet zo'n vette huid als jij.
:41:15
En soms kijk je scheel
en lijk je net een mongooltje.
:41:19
Jullie leken sprekend op elkaar.
:41:22
Hoewel zij perfecte tieten heeft.
Jij hebt van die orang-oetan tieten.
:41:29
Je moet je in bochten wringen
om ze te likken.
:41:33
Zo kan ie wel weer.
:41:38
Ik denk dat zij 'm vermoord heeft
en dat ie nu achter mij aanzit.
:41:41
Vast wel, bitch.
:41:58
Dag, Dwight. Laat me je helpen.
- Dat hoeft niet. Ik kan 't zelf wel.
:42:08
We moeten praten.
- Wat is er, Dwight?
:42:12
U moet echt overwegen
om 't experiment te stoppen.
:42:15
Die klopgeest wordt gewelddadiger.
We zijn allemaal in gevaar.
:42:20
Ik vind dat ik moet staan voor m'n
principes en dat we moeten ophouden.
:42:26
Ik beslis wanneer we ophouden.
:42:29
We staan op de drempel van roem.
En ik sta op 't punt 'n wip te maken.
:42:35
De bus komt maandag en
niemand gaat voor die tijd weg.
:42:38
Hier zijn de sleutels van het hek.
Niemand mag ze in handen krijgen.
:42:46
Ik denk dat de professor
iets van plan is.
:42:48
Ik hoorde Dwight zeggen dat er hier
'n klopgeest is die ons bedreigt.
:42:53
Nee, geen klopgeest.
:42:56
Wie is hier een klopgeest?
- Ik ben weg hier.
:42:59
Dwight heeft de sleutels van 't hek.