Session 9
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:09:05
Wat ?
1:09:06
Wat ?
1:09:07
Hé, Gordy !
1:09:09
Gordon ?
1:09:10
Ik heb Hank gevonden !
1:09:11
Gordon ?
1:09:15
Wat wil je, Jeff ?
1:09:16
Ik heb Hank gevonden !
1:09:19
Waar heb je het in godsnaam over ?
1:09:21
Ik zag Hank zonet in...
in het trappenhuis.

1:09:25
Hij... hij stond daar maar gewoon.
1:09:26
Wees geen verdomde idioot, oké ?
1:09:27
Ik ben geen verdomde idioot !
Ik zweer het je, ik zag hem !

1:09:30
Als hij in Miami is, Jeff,
waarom zou hij dan hier zijn ?

1:09:32
Hoe is dat mogelijk, Jeff ?
1:09:34
Ik weet het niet, maar ik zag hem !
1:09:36
Weet je wat, ga terug werken.
1:09:38
We zullen je maaltijd brengen.
Nu, maak dat je wegkomt !

1:09:39
Waar was hij, Jeff ?
1:09:40
In de trappenhal naast
de uitrustingskamer !

1:09:42
Wacht... wacht even...
Geloof je hem ?

1:09:44
Geloof je dat kereltje ? Gordon ?
1:09:46
Gordon !
1:09:48
Oh, in godsnaam ! Mike ?
1:09:51
Dit is zo verdomd belachelijk !
Gordon ?

1:09:53
Als hij in Miami zit,
waarom zou hij dan hier zijn ?

1:09:56
Vraag het hem zelf !
Hij staat daar.

1:09:58
Dat gaan we doen, Jeff.
Dat gaan we doen.

1:09:59
Dat is wat we gaan doen.
Dat is waar ik met je praat.

1:10:00
We gaan dat doen.
1:10:01
Ik zeg het je, hij staat daar.
1:10:03
Waar is hij ?
1:10:04
Hij stond daar op die plek.
1:10:06
Het is verdomd raar, maar hij is hier,
ik zeg het je, hij is...

1:10:11
Waar juist, Jeff ?
1:10:13
Ik zweer het je, hij stond...
1:10:14
Ik lieg niet !
1:10:15
Waarom zou ik dit verzinnen ?
1:10:16
Goed gedaan, Jeff, goed gedaan...
1:10:17
Nu, Jeff... luister,
luister naar me, God, nu...

1:10:19
Je hebt me aan de telefoon
gehoord met Amy... Juist ?

1:10:21
Ze zei me dat Hank
naar daar ging, Miami ! oké ?

1:10:24
Nu hebben we het gehoord !
We hebben het allemaal gehoord, ja ?

1:10:27
Nee.
1:10:29
Nee, we hebben het niet gehoord.
1:10:35
Wat ?
1:10:37
Ik wil eten.
1:10:38
Nee, je blijft waar je bent !
1:10:40
Wat zeg je, Gordon ?
1:10:41
Je zei ons dat ze dat zei,
maar we hebben het haar niet horen zeggen.

1:10:45
We zagen je aan de telefoon.
1:10:46
We hoorden jou aan de telefoon.
We hoorden Amy niet.

1:10:49
Wacht, dus je wil zeggen,
dat het Amy niet aan de telefoon was ?

1:10:51
Is dat... ?
Voort, Mike, nu, komaan, man.

1:10:52
Dit is waar ik je over spreek.
1:10:53
Mike ? Mike, geef me de gsm.
1:10:55
Waarom ? Waarom ?
1:10:56
Omdat ik met Amy wil praten.
1:10:58
Wel, ik sprak met Amy.
Jij moet niet spreken met Amy.


vorige.
volgende.