:00:28
Kijk eens naar een kasteel,
welk kasteel dan ook.
:00:31
Haal nu de dingen weg
die het een kasteel maken.
:00:35
Die zijn in duizend jaren
niet veranderd.
:00:37
Eén, lokatie. Een hoog gelegen plaats
die heerst over het gebied...
:00:41
zo ver als het oog kan kijken.
:00:43
Twee, bescherming, grote muren. Muren sterk genoeg
om een frontale aanval te weerstaan.
:00:49
Drie, een garnizoen.
Mannen die getraind zijn en zullen doden.
:00:53
Vier, een vlag.
Zeg maar tegen je mannen,
:00:57
'Jullie zijn soldaten
en dat is onze vlag.'
:00:59
Je maakt hen duidelijk dat niemand
onze vlag neemt.
:01:01
Één stap vooruit. Vooruit!
:01:06
En je heist die vlag zodat hij hoog hangt
en iedereen hem kan zien.
:01:13
Nu heb je een kasteel.
:01:16
Het enige verschil tussen dit kasteel
en al de andere,
:01:19
is dat de andere gebouwd werden
om mensen buiten te houden.
:01:22
Dit kasteel is gebouwd
om mensen binnen te houden.
:01:52
Ohh!