:27:05
We hadden niets afgesproken.
Je hebt straf en je doet wat ik zeg.
:27:09
lk ga niet om vergiffenis vragen.
-Hoe durf je?
:27:13
lk heb namelijk niets gedaan.
:27:16
Je zei dat er iemand in de kamer was.
-Dat was ook zo.
:27:19
Je liegt.
-Nietes.
:27:24
Weet je nog dat verhaal
over Justus en Pastor?
:27:28
Kinderen die jokken
eindigen in het voorgeborchte.
:27:31
Dat zeg jij. Maar het voorgeborchte
is voor kinderen die niet gedoopt zijn.
:27:37
En dat ben ik wel.
:27:41
Abraham gaf zijn zoon lsaäk het hout
voor het brandoffer te dragen...
:27:47
en zelf droeg hij het vuur
en het offermes.
:27:50
Zo gingen zij samen op weg.
:27:53
Toen zei lsaäk
tot zijn vader Abraham:
:27:56
Vader? En hij antwoordde:
Ja, mijn zoon. En hij...
:28:15
Hebt u naar Nicholas gekeken?
-Ja, mevrouw.
:28:19
Hij ligt heerlijk te slapen.
-En Anne?
:28:23
Zit die nog op de trap?
-Ja, mevrouw.
:28:28
lk heb haar liever hier,
maar dan kan ik niet borduren.
:28:35
Hoe lang heeft ze nog straf?
Het duurt nu al drie dagen.
:28:39
Dat is aan haar.
:28:42
Ze moet gewoon
om vergiffenis vragen.
:28:47
En het werd tijd
dat ze de bijbel ging lezen.
:28:50
Daar is de priester vast blij mee.
-Als ie tenminste langskomt.
:28:56
Hij kent de toestand van de kinderen.
-Gisteren zei hij dat ie gauw komt.