:35:03
Heb je heel even geduld ?
:35:27
In de namiddag,
toen de school uit was...
:35:31
en de laatste vertrokken was
met z'n druipende snotneus...
:35:35
ging ik niet naar huis, maar
de heuvel af naar de bron...
:35:40
waar ik stil kon zijn
en hen kon haten.
:35:44
Het was er dan altijd stil...
:35:46
met het water dat opborrelde en
wegvloeide, de zon in de bomen...
:35:51
en de stilte riekte naar natte,
rottende bladeren en nieuwe aarde.
:35:57
Vooral vroeg in de lente,
dan was het op z'n ergst.
:36:01
M'n vader zei altijd:
De zin van het leven...
:36:05
is dat je je erop kunt voorbereiden
dat je nog heel lang dood zult zijn.
:36:13
En als ik hen aan moest kijken,
dag na dag...
:36:17
ieder met zijn of haar geheime
en zelfzuchtige gedachten...
:36:22
met hun vreemde bloed.
Anders dan elkaar en anders dan ik.
:36:26
Het idee dat dit de enige manier was
waarop ik dood kon blijven.
:36:33
Ik zou m'n vader haten
omdat hij me begraven had.
:36:38
En zo ga ik verder.
:36:40
Het is belangrijk...
:36:44
dat je jezelf bevriest...
:36:46
in een interessante
maar comfortabele houding.
:36:51
Anna, jij valt bijna omver.