1:09:31
't Spijt me, ik weet 't.
1:09:33
Ik heb geprobeerd om eerder te komen.
Ik heb 't geprobeerd, begin nou niet.
1:09:37
Ik weet 't, 't is ontzettend
belangrijk, want...
1:09:40
't is jouw feestje.
1:09:42
Julia...
1:09:44
hoe gaat 't met je?
1:09:46
Goed.
1:09:47
Kom hier.
1:09:48
Waar ben je mee bezig geweest?
1:09:51
Wel, studeren mam.
1:09:57
Dus...
1:09:59
wat moet ik maken, stoelen?
1:10:01
Nee, laten we eerst de tafel leegmaken.
We leggen het in de slaapkamer.
1:10:05
Ik kwam Louis Waters tegen.
1:10:08
O ja, waar?
-In de straat.
1:10:13
Ze zijn allemaal hiet nietwaar?
Alle spoken.
1:10:16
Alle spoken verzamelen
zich voor het feest.
1:10:20
Hij is... zo vreemd.
1:10:24
Wat?
Heb je dat niet door?
1:10:26
Je hebt niet door dat
Louis Waters vreemd is?
1:10:32
Ik kan zien dat hij verdrietig is.
1:10:37
Al jouw vrienden zijn verdrietig.
1:10:41
Je hebt gehuild.
Wat is er?
1:10:45
Alleen dat ik keek deze
kamer rondkeek en dacht:
1:10:49
Ik wil een feestje geven...
1:10:51
't Enige dat ik wil
is een feestje geven.
1:10:55
En?
1:10:56
Ik weet waarom hij 't doet,
hij doet 't express.
1:10:59
O, 't gaat over Richard.
-Natuurlijk.