:17:00
Jij bent een goede kampioen.
:17:02
En wie ben jij ?
- Mendy Ripstein. Hij is belangrijk hier.
:17:07
Ik moest je de groeten doen
van mijn manager, Yank Lewis.
:17:13
Ik kan me hem niet herinneren.
- Jullie waren ooit bevriend in Miami.
:17:19
Ik had geen vrienden in Miami.
:17:22
Veel mensen zeggen dat ze me
van vroeger kenen. Ze lullen maar wat.
:17:27
Jij bent een goede kampioen. Maar wij
hebben hier ook een kampioen.
:17:34
En hij maakt je af.
:17:40
Is dat een geintje ?
- Je bent minder goed dan vroeger.
:17:44
Je aast op een goede stoot.
Je werkt niet met combinaties.
:17:49
Je beweegt je hoofd minder
bij je defensie.
:17:54
Nee, ik sla gewoon lui knockout.
Welke snotaap hier bedoel je ?
:17:59
Ach, heb ik op je tenen getrapt ?
:18:03
Krijg het lazerus.
:18:12
Hij heet Monroe Hutchen.
Hij denkt dat hij je aankan.
:18:17
Ik bedoel er niks beledigends mee.
:18:59
Vijf uur 's ochtends, maaltijd
Cellenblokken C en D