1:19:02
Nee? Wegwezen.
1:19:04
Ga naar huis, ouwe.
Doe wat hij zegt.
1:19:07
Voordat ik je een
pak rammel geef.
1:19:09
Stap in je auto en ga naar huis.
En jij, draai je om.
1:19:14
Idioten.
1:19:20
Mijn God, Dobel.
1:19:22
Ze hadden je helemaal
verrot kunnen slaan.
1:19:25
Was dat plekje
zo belangrijk.
1:19:28
Het leven is onredelijk.
Dat heb je zelf gezegd.
1:19:30
Zij hebben de spieren
en wij het verstand.
1:19:34
Later, onder het genot
van een of andere delicatesse...
1:19:38
kunnen wij een satire
schrijven over hun tekortkomingen...
1:19:42
en er smakelijk
om lachen. Klootzakken.
1:19:46
Maar ondertussen,
hebben zij de spieren.
1:19:49
Waar ga je heen?
1:19:52
Waarom parkeer je?
Dobel, wat ga je doen?
1:19:57
Waarom zijn wij weer hier?
Waar is dat voor? Dobel.
1:20:06
Mijn God. Dobel.
1:20:12
Dobel.
1:20:20
Dobel, kom op.
Mijn God.
1:20:23
Je bent gestoord.
Weet je dat?
1:20:28
Start de auto.
1:20:31
Wat doe je?
1:20:48
Ik had gemengde gevoelens
over vandaag.
1:20:51
Aan de ene kant, was ik er
van overtuigd dat Dobel krankzinnig was.
1:20:55
Aan de andere kant, had ik
bewondering voor hem.
1:20:59
Ik was met mijn staart tussen
de benen weggegaan, weet je?