:11:43
Wat doe je ?
:11:45
Je afspraken kopiƫren.
- Je hebt ze op kantoor.
:11:48
Niet allemaal.
:11:53
Gaat het ?
:11:57
Kan ik wat doen ?
:12:00
Kom wat dichterbij.
:12:06
Is Jean-Paul niet langs geweest ?
- Hij is in Chicago.
:12:11
Wanneer komt hij terug ?
:12:13
Ten vroegste volgende week.
:12:15
Wie zorgt voor je dochter ?
:12:17
De zus van haar vader.
:12:21
Weet ze hiervan ?
:12:23
Nee, niemand.
Ik heb tegen iedereen gelogen.
:12:30
Ik voel me smerig.
Ik walg ervan.
:12:37
Het is net 'n verkrachting.
:12:40
Het is toch niet helemaal hetzelfde.
:12:42
En je weet niet door wie.
:12:44
Je bent niet verkracht.
- Jawel.
:12:50
Hou op, Karen.