:32:06
Het is goed nu
:32:08
Het is goed
:32:11
Ik zat te denken...
:32:13
Je weet dat ik je hier langer wil hebben
:32:17
Maar het kan niet
:32:19
Waarom niet?
:32:20
Dat zei ik je al.
Ik heb het mijn vader beloofd
:32:24
Nou, hij is toch je vader?
Begrijpt hij het niet?
:32:29
Ik ben er zeker van dat hij
jouw ziel kan redden
:32:40
Zie je, ik zei het toch...
Geen probleem toch?
:32:46
Ik wilde het gebruiken om je naar buiten
te krijgen...
:32:50
Dat is genoeg om een hotel kamer
te huren voor een week
:32:53
We kunnen feesten wanneer je wilt
:33:01
Misschien kan ik terugkomen
:33:07
Nee, je kunt niet terugkomen
:33:12
Omdat ik dan weg ben
:33:23
Luister naar me
:33:26
Dit is een eenmalige kans
:33:30
Geef me een week en ik koop
dat ticket voor je
:33:35
Ik breng je er zelf heen.
Geef me een week
:33:41
Je ontmoet nooit meer iemand als
ik
:33:53
Ok
- goed