:18:02
Morgen.
:18:04
Morgen.
:18:09
Wat kan ik voor jullie doen?
:18:11
Ik dacht aan wat snoep.
:18:14
Snoep?
- Ja.
:18:17
Jazeker, meneer.
Snoep.
:18:19
Ik heb alles wat u wilt.
:18:21
Ik heb zuurballen.
- Ja.
:18:23
Tum-tums, zuurstokken, drop,
caramel, honingsnoepjes.
:18:28
Jujubes, lollies,
melkchocolade...
:18:31
Ik zoek iets bijzonders.
:18:33
Wat is het duurste dat u heeft?
:18:37
Nou...
:18:39
Ik heb precies wat u zoekt.
:18:51
Dit is pure chocolade.
- Ja.
:18:53
Het komt helemaal uit
Zwitserland, Europa.
:18:56
Dat is vlakbij Frankrijk.
:18:58
Ze noemen het bitterzoet.
:19:00
Smelt in je mond.
:19:02
Heeft u het geprobeerd?
- Nee.
:19:05
Hoe weet u dan dat het
in je mond smelt?
:19:10
Eigenlijk kunnen we het zelf niet betalen.
:19:14
Lekker.
Ik neem er twee.
:19:17
Wilt u niet weten wat het kost?
:19:18
Nee.
:19:20
Goed, meneer.
:19:22
En drie van uw beste sigaren.
:19:25
Mijn vriend en ik hebben zin in
chocolade uit Zwitserland...
:19:30
en een goede sigaar.
:19:39
Deze komen helemaal uit
Havana, Cuba.
:19:43
Dank u.
:19:45
Verder nog iets?
- Nee, zo is het wel goed.
:19:48
Hoeveel is het?
:19:50
Het is... vijf dollar.
:19:56
Charley.
:19:58
Daar ben je.