:13:02
Wat is er?
- Ik heb me bezeerd in de koker.
:13:05
Daar zat een scherpe steen in.
:13:09
Waar is de zuster?
:13:13
Ik doe hem er wel voor je op.
:13:15
Dat kan ik zelf wel.
:13:17
Verlegen? Je bent maar een kind.
:13:20
Ga zitten.
:13:25
Geef maar.
:13:29
Til je shirt op.
:13:31
Denk nog eens over wat ik je vroeg.
:13:38
De moordenaar in het toiletgebouw
die 's nachts naar buiten komt.
:13:42
Wie heeft dat verhaal
het eerst verteld?
:13:46
Hoe moet ik dat weten?
:13:48
Dat is net als vragen wie
olifantenmoppen verzonnen heeft.
:13:55
Waarom ga je niet zelf
naar het toiletgebouw?
:13:58
Zie ik eruit
alsof ik daar tijd voor heb?
:14:52
En dan nog.
:14:53
Kinderen verzinnen verhalen en dan
ga jij rondneuzen in het toiletgebouw?
:14:57
Heb jij zoveel tijd?
:14:59
Je bezorgt me een hartaanval.
- Ik onderzoek...