1:46:03
Jouw jongere...
1:46:05
Wat?
1:46:06
Jongere wat?
1:46:08
Je jongere zusje.
1:46:09
Jongere zusje?
1:46:11
Niet babysitter.
Jongere zusje.
1:46:26
Gaat het?
1:46:29
Actie!
1:46:32
Wat gebeurde er?
1:46:34
Roy is het soort vriend
dat je nooit voorstelt...
1:46:37
aan je vrienden
of in je familie brengt.
1:46:40
Hij is... Kijk naar zijn ogen.
Ze zijn bruin... vol met stront.
1:46:43
Altijd...
1:46:45
Gewoon nonsens de hele tijd.
1:46:47
Heb je al van deze gehoord?
1:46:49
Het zijn ouders.
We hebben ouders die van ons houden.
1:46:51
Heb je niet,
omdat je een weeskindje bent.
1:46:56
Jij hebt niet...
We hebben oud... Ja, ouders.
1:46:59
Heb je daar wel eens van gehoord?
We hebben ouders die van ons houden.
1:47:01
Maar jij niet, omdat jij
een weesje bent.
1:47:05
Ga door.
1:47:08
Het is zo gemeen.
1:47:11
Chon Wang, filmster?
1:47:14
Het kan lukken.
1:47:15
Het kan lukken.
Je kan je eigen stunts doen.
1:47:18
Wat? Mijn eigen stunts?
1:47:29
Blijf hier maar staan en wees een
braaf paard voor de nieuwe sherrif.
1:47:35
Dat deed pijn.
1:47:53
Je hoort me op te vangen!
1:47:55
Roy, vangen.