:10:30
Waar ben je naar toe geweest?
Mooi.
:10:34
Wat nog?
:10:39
Waarom kom je niet naar hier?
Ik word hier gek.
:10:44
Mijn hemel.
Ik bel je terug.
:10:52
Hoe gaat het?
- Goed. Hebt u koffie?
:10:57
Café con leche, de huisspecialiteit.
Je zult hem lekker vinden, vertrouw me.
:11:01
Ik heb ook hot dogs en muffins.
Woon je in de buurt?
:11:06
Ik heb je nog nooit gezien.
:11:08
Waar kom je vandaan?
- Hoboken.
:11:10
Je meent het.
Ik kom van Manhattan.
:11:13
Waarom ben je hier?
Werk? Familie?
:11:17
Hoeveel moet ik voor de koffie?
:11:20
Juist, sorry, een dollar.
:11:24
Is hier een winkel in de buurt?
- Ja, twee kilometer verderop.
:11:31
Deze truck is trouwens van mijn vader.
Hij is ziek.
:11:33
Daarom ben ik hier. Hij kan zijn bed
niet meer uit dus neem ik het over.
:11:38
Ik ben hier nu zes weken
en het maakt me gek.
:11:44
Ik ben hier dagelijks tussen 7 en 15 uur.
Ik heet Joe Oramas.
:11:48
Hoe heet jij?
- Fin.
:11:50
Fin?
:11:56
Woon je hier ergens?