:31:03
Hoe kom je hieraan?
:31:07
Gekregen.
- Ja, hoor. Een zuiver zilveren lepel.
:31:14
Heb je hem gestolen?
:31:16
Sommige dingen vragen erom
gestolen te worden.
:31:21
Dat klopt.
:31:32
Wat kan ik voor u doen?
Hallo, wat leuk je te zien.
:31:37
Wat kost deze lepel?
- 199,50. Mooi is ie, hè?
:31:42
We willen hem alsnog betalen.
- Hoe bedoelt u?
:31:46
M'n vader heeft hem laatst meegenomen
zonder te betalen, dus vandaar.
:31:52
Het was een cadeau.
- Van wie?
:31:55
Van mij.
- Kent u mijn vader dan?
:31:59
We hebben wederzijdse vrienden.
- Vertel het maar.
:32:03
We zitten allebei bij de AA.
- Pardon?
:32:07
lk ben Marion en alcoholist.
We hebben elkaar laatst ontmoet.
:32:16
Hij vertelde over z'n vader.
Mijn vader is ook overleden.
:32:21
Uw vader had geen geld voor 'n lepel,
dus heb ik er hier een voor 'm gekocht.
:32:28
Je vond het zeker een goeie grap?
- Nogal, ja.
:32:33
Vroeger stal je bij dit soort zaken.
- Ja, dat klopt.