:43:00
Berlijn, daar.
:43:29
Wat?
- Niets.
:43:33
Waarom vind ik dat hoogst onwaarschijnlijk?
- Je voelt iets voor me.
:43:36
Ik zet je daar af. Ik voel niets
voor je. Een beetje of wat dan ook.
:43:42
Waarom ging je dan met me mee
op de trein naar Berlijn?
:43:48
Goed, weet je wat?
Je hebt gelijk.
:43:50
Ik ben aangetrokken door exhibitionistische
spoorwegen. Het is een verslaving.
:43:53
Ik deed mee met een programma waar we onze
tijd volledig moesten doorbrengen als huismussen...
:43:58
maar ik ben weer terug gevallen.
:44:00
Niemand heeft je gedwongen om met mij mee
te gaan. Ik heb geen oppasser nodig.
:44:05
Wat?
:44:07
Waarom lach je? Je denkt dat
ik niet voor mezelf kan zorgen?
:44:11
Alleen maar omdat we de laatste 15 uur samen
zijn geweest en ik je 15 keer heb gered...
:44:16
wat voor de statistieken een keer per uur is...
:44:19
hoe kan ik denken dat je niet voor
jezelf kan zorgen? Dat is belachelijk.
:44:23
Ben je klaar?
Ik heb je niet nodig. Het spijt me.
:44:27
Als je zo over me denkt, waarom
ga je dan niet gewoon weg.
:44:30
Serieus. Ga.
Dag. Ik heb je niet nodig.
:44:38
Waarom ga je niet weg?
:44:40
We zitten in een trein.
:44:44
Fijn. Praat dan niet tegen me.