:09:05
Had ik hem maar tegengehouden.
:09:08
Dan hadden we met z'n drieën
thee kunnen drinken.
:09:26
Ik ben verantwoordelijk.
:09:32
Waarvoor?
:09:34
Voor wat er met oom Ben is gebeurd.
:09:37
Je was in de bibliotheek, je
huiswerk aan het maken.
:09:41
Hij bracht me daarheen,
:09:43
maar ik ben niet
naar binnen gegaan.
:09:45
Wat bedoel je?
:09:47
Ik ging ergens anders naartoe.
:09:49
Een plaats waar ik
dacht geld te winnen.
:09:53
Zodat ik een auto kon kopen...
:09:55
Om indruk te maken op Mary Jane.
:10:01
Het gebeurde zo snel...
:10:05
Ik had geld gewonnen,
maar die vent wou me niet betalen.
:10:07
Hij werd bestolen...
:10:10
En de dief...
:10:12
rende op me af...
:10:16
Ik had hem tegen kunnen houden,
maar ik wilde wraak.
:10:23
Ik liet hem lopen.
:10:27
Ik liet hem ontsnappen.
:10:35
Hij had een auto nodig.
:10:37
Hij probeerde die van
oom Ben te stelen...
:10:41
Oom Ben zei nee.
:10:46
En toen schoot hij hem neer.
:10:51
Oom Ben is doodgeschoten
die nacht...
:10:56
omdat hij de enigste was die het
juiste deed.