1:07:01
Ik wil dat je de armband ziet
die ik van Drew gekregen heb.
1:07:06
Kijk eens aan.
Dat is gewoon prachtig.
1:07:09
Nou, dat is mijn broer.
1:07:11
Nooit bang om een prijskaartje
op zijn gevoelens te plakken.
1:07:14
Ja. Dat is mijn zus. Nooit begrijpen
dat er iets als liefde bestaat.
1:07:18
Dat je kunt liefhebben
en het op een grootse manier wilt tonen.
1:07:20
En dat je je niet depri en belachelijk
moet voelen of gekwetst voelen.
1:07:23
Wat hij niet begrijpt is dat je je liefde
niet op een grootse manier moet tonen.
1:07:28
Dus je hing maar wat rond
toen je me in de keuken nam?
1:07:37
Het is een zeer aanhankelijke familie.
1:07:40
We tonen onze liefde.
- Italianen.
1:07:42
We zijn gewoon heel warm.
1:07:44
Gloeiend warm zelfs.
1:07:47
Oké, nu is het genoeg.
Geef me dit. Sta op.
1:07:50
Ga zitten.
- Oké.
1:07:52
Wie wil een rondleiding in het huis?
1:07:54
Hetgeen je nu gebruikt, zijn de trappen.
1:07:57
We nemen ze om naar boven te gaan.
1:08:00
Dit is de badkamer.
1:08:04
Wat doe je me aan?
- Wat?
1:08:06
Je verkloot alles voor me.
- Nee, ik speel gewoon mee, broer.
1:08:10
Ik denk dat Missy me leuk vindt.
Ze vindt me grappig.
1:08:12
Dit was Drews kamer toen hij klein was.
Nu is het die van Brian.
1:08:16
Brian, wees niet onbeleefd.
We hebben gasten.
1:08:19
Hij zou voor het scherm leven
als we hem lieten begaan, niet?
1:08:22
Het is die onverzadigbare drang
naar kennis.
1:08:25
Verdomme.
1:08:27
Wat heb je aangericht?
1:08:29
Ik weet niet wat dat is.
- Ik wel.
1:08:32
Het is mijn vrouw die met haar benen
een 'V' van victorie maakt.
1:08:36
Het is een al tijdje geleden,
maar daar lijkt het toch op.
1:08:38
Eerlijk waar.
- Dat is mijn kleine meid.
1:08:41
Horace, haal onze jassen.
- Wat is er aan de hand?
1:08:44
Je hebt er geen idee van.
Missy, haal je jas.
1:08:46
Er is ham.
- We gaan nergens heen.
1:08:48
We blijven.
- Wees niet zo aangedaan.
1:08:51
Het is maar een foto.
Ik heb foto's voor de lol laten nemen.
1:08:54
Waar zou je dat stom idee
toch vandaan gehaald hebben?
1:08:59
Jassen. Zei er iemand jassen?
Haal de jassen. Ik moet de jassen halen.