:32:09
Wat wil je?
:32:11
Dan, ben je weleens getest
op het HIV virus?
:32:15
Wat?
- HIV, AIDS, weleens van gehoord?
:32:18
Natuurlijk.
- Ben je weleens getest?
:32:21
Ben je weleens getest?
- Zoals je weet. Ben jij...?
:32:26
Ik ben seropositief en ik
heb het van jou gekregen.
:32:37
Ik wist dat het zo zou gaan.
:32:38
Jij zegt 'nee' en ik zeg 'ja', dat
schiet niet erg op.
:32:42
Het bloed wordt in een erg
betrouwbaar laboratorium getest.
:32:45
Overmorgen horen we het resultaat
en dan zien we wel verder.
:32:49
Zien we wel verder?
:32:51
Als het negatief is, dan spijt het me,
en zal ik je laten gaan.
:32:55
Het spijt je?
:32:56
Dit was geen makkelijk besluit.
Het was niet eens een besluit.
:32:59
Het is een manier om de
dingen weer op orde te krijgen.
:33:02
Ik heb me laten testen
en was negatief.
:33:05
Wanneer?
- Twee maanden terug.
:33:08
Ik ben de afgelopen vijf jaar
drie keer getest.
:33:10
Dat zijn veel testen.
:33:11
Ik zei het toch. Ik
ben erg voorzichtig.
:33:14
Het is zoals je me zei.
:33:16
Ik kan het niet geweest zijn.
:33:19
Dit is niet iets waar je je zo
makkelijk uit kunt praten.
:33:22
Bel mijn dokter en vraag het hem.
:33:25
Ik kan je niks geven
dat ik niet heb.
:33:27
Ik kan je niks geven
dat ik niet heb.
:33:29
Als je dokter zou zeggen
dat je negatief bent getest...
:33:32
zou ik zeggen dat hij
de klere kan krijgen.
:33:35
We wachten op de
uitslag van het lab.
:33:39
Ik voel met je mee, maar
ik heb geen aids.
:33:45
Ik ben niet seropositief.
- Dan kun je hier binnenkort weg.
:33:48
Binnenkort is niet snel genoeg.
Ik wil hier weg, en wel nu.
:33:53
Hou je bek met je nu, of ik
snij nu je strot door.
:33:57
Begrijp je me?