:20:29
Ik zie dat jullie je niet verstoppen
achter jullie hoge muren.
:20:31
Dat is moedig.
:20:33
Onverstandig, maar wel moedig.
:20:36
Je komt hier onuitgenodigd.
:20:38
Ga terug naar je schepen
en ga naar huis.
:20:40
Daarvoor hebben we te lang gereisd,
prins Hector.
:20:42
Prins? Wat voor prins?
:20:45
Welke koningszoon zou iemands
gastvrijheid aanvaarden,
:20:48
zijn voedsel nuttigen, zijn wijn drinken,
:20:50
hem in vriendschap omarmen en dan zijn
vrouw stelen in het midden van de nacht?
:20:53
De zon scheen toen je vrouw je verliet.
:20:56
Ze staat daarboven naar je te kijken,
is het niet?
:20:58
Mooi. Ik wil dat ze je ziet sterven.
:21:03
Nog niet, broer.
:21:07
Kijk om je heen, Hector.
:21:08
Ik heb alle strijders van Griekenland
naar jouw kust gebracht.
:21:12
Je kunt Troje nog redden, jonge prins.
- Ik heb twee wensen.
:21:16
Willig ze in, dan hoeft niemand
van je volk te sterven.
:21:19
Ten eerste: geef Helena terug
aan mijn broer.
:21:22
Ten tweede: Troje moet zich
aan mij onderwerpen.
:21:26
Voor mij strijden als ik dat wil.
:21:29
Moet ik naar jouw leger kijken en beven?
:21:34
Ik zie ze.
:21:36
Ik zie 50.000 man, bijeengebracht om te
vechten vanwege de hebzucht van één man.
:21:45
Voorzichtig, jongen.
:21:48
Mijn genade kent grenzen.
- Die grenzen heb ik gezien.
:21:52
En ik zeg je nu: geen enkele zoon
van Troje zal zich ooit onderwerpen.
:21:57
Dan zal elke zoon van Troje sterven.