1:19:02
Werkt hij?
1:19:04
Ik krijg een kiestoon.
1:19:06
Misschien moeten we ze bellen.
1:19:09
Nee, ze zeiden vrijdagmiddag,
en het is nog vrijdagmiddag.
1:19:13
Maar in New York is het
geen vrijdagmiddag.
1:19:15
Echt, we moeten ze gewoon even bellen.
- Ze bellen wel.
1:19:19
We willen niet wanhopig overkomen.
1:19:26
Hallo? Luier...
1:19:29
Het is geen... welke?
1:19:32
Luier-nooddienst. U spreekt met Oliver.
1:19:46
Oké, dus...
1:19:50
we zien u volgende week dan.
1:19:56
Dank u.
1:20:06
Het is gelukt.
1:20:27
1 JAAR LATER
1:20:35
Wat een geweldige auto.
1:20:38
Ik zal haar missen.
1:20:42
We hebben het in elk geval geprobeerd.
1:20:48
Ik heb de sleutels nodig.
1:20:52
Mag ik de sleutelhanger houden?
1:20:55
Ze kosten 25 dollar.
- Meen je dat?
1:20:59
Ja. Nou, hou maar.