1:28:01
Zou je ze verkopen als we wonnen?
- Ik denk van niet.
1:28:04
We winnen nooit.
Dat is het hem nou juist.
1:28:06
Wij staat 3-0 achter in de serie.
Het staat 4-3.
1:28:08
Rivera is bezig met de warming-up.
1:28:14
Als ik deze plaatsen hou...
1:28:18
...dan moet ik elke keer
als ik hier zit denken...
1:28:21
...aan wat ik ervoor heb opgegeven.
1:28:31
Kan ik hier ergens kaartjes kopen?
1:28:33
De kaartjes zijn uitverkocht.
Het zijn de play-offs.
1:28:36
Zoek je kaartjes?
- Ja, jij ook.
1:28:38
Nee, ik heb kaartjes.
1:28:40
Waarom heb je dat bordje dan?
- Dat is voor de politie.
1:28:43
Iedereen weet dat als je kaartjes
wilt, dat je dan kaartjes hebt.
1:28:46
Ik wil een kaartje.
- Ik heb er twee. Driehonderd per stuk.
1:28:49
De enige reden dat ze zo goedkoop zijn...
1:28:51
...is omdat het de achtste slagbeurt is.
1:28:53
Ik neem er een.
- Ik kan ze niet los verkopen.
1:29:01
Dank je wel.
- Weet je wat?
1:29:03
Ik wil dat andere kaartje
wel terugkopen voor vijftig dollar.
1:29:07
Oké, doen we.
1:29:10
Veel plezier bij de wedstrijd.
1:29:13
Hoe weet je nou
dat ze je wel terug wil?
1:29:17
Het is niet alleen voor haar.
Het is ook voor mezelf.
1:29:20
Ik moet mijn leven op orde brengen.
Een goed vooruitzicht.
1:29:23
Een beetje balans.
- We hebben een deal.
1:29:25
Ik koop je plaatsen.
1:29:28
Het kaartje is echt.
1:29:30
Het kaartje is zeker echt,
maar je bent bij de verkeerde ingang.
1:29:33
Jij zit bij het middenveld.
- Ik hoef hier maar even naar binnen.
1:29:36
Dat is gewoon een smoes,
je zit bij het middenveld.
1:29:42
Lage bal naar rechts.
1:29:44
Een race naar het honk.
Rivera is er.
1:29:46
De Yankees zijn 3 uit verwijderd
van de World Series.
1:29:49
We gaan naar de negende slagbeurt.