Four Brothers
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:34:01
En dan kijk ik toe hoe jij rondloopt
en je vriendjes in de fik steekt. Goed?

:34:06
Wie deed de overval op 104th straat?
:34:10
De politie heeft getuigen,
dus geen flauwekul.

:34:14
Nu moet jij praten.
Vertel maar wat ik wil horen.

:34:18
Vertel op.
:34:19
Dat verhaal was nep.
:34:22
Er speelde toen niemand basketball.
Anders werd er wel iemand gearresteerd.

:34:28
Waar is hij mee bezig?
- Hoe weet je dat? Je was er niet.

:34:31
Daarom, trut. Volgens de politie
werden ze pas om elf uur vermoord.

:34:35
De lichten gingen uit om tien uur.
:34:41
Kom op.
:34:43
Waar gaan we heen?
:34:45
Jullie moeten naar school gaan.
:34:49
Omdat je m'n broer een trut noemde.
- Prettige avond verder.

:34:59
Twee over tien en ze branden nog.
- Je weet wie het gedaan heeft, hè?

:35:03
Dit slaat nergens op,
we schieten hem nu af.

:35:07
Rustig.
- Kop dicht, Jack.

:35:09
Ze gaan zo uit.
- Nee, jouw licht gaan zo uit.

:35:14
Nee, kijk.
:35:19
Je hebt geluk.
:35:22
lk zei het toch.
Wat denken jullie wel. Laat me los.

:35:27
Weten jullie wel wie ik ben?
:35:30
Mij wat ondervragen over die lichten.
:35:32
Hou nu eens je bek dicht,
je praat te veel.

:35:36
Jack, het is een verdachte dood.
- Waarom denk je dat?

:35:41
Je had geen vader,
niemand heeft je wat geleerd.

:35:44
lk had langer moeten blijven
om je hand vast te houden.

:35:49
Soms wordt een moord verdoezeld met
een andere misdaad. Een inbraak of zo.

:35:54
Dan betalen ze een getuige
om de verkeerde verdachte aan te wijzen.

:35:59
Waarom zou iemand de liefste vrouw
ter wereld willen vermoorden?


vorige.
volgende.