:31:00
Die mensen die ik zoek,
ken je niet.
:31:04
Vind je het erg?
- Nee.
:31:08
Maar misschien ken je iemand die ze kent.
:31:11
Werk je voor Amerikanen?
:31:14
Ja. Zie je?
:31:21
Ik zal het aan wat vrienden vragen.
:31:23
Onderduiken?
De Arabieren duiken niet onder.
:31:26
München was een groot succes voor hen.
:31:30
Ze hebben de aandacht van iedereen.
:31:32
Ze nemen nieuwe mensen aan,
maken plannen...
:31:35
Geef me een paar namen.
:31:40
Ik kan je niet helpen als ik niet weet
wie je probeert te vinden.
:31:43
Je zult me moeten vertrouwen.
:31:45
Jij moet mij vertrouwen.
:31:48
Ik vertrouw je.
Je loopt met geld en praat niet.
:31:51
Tegenwoordig praat iedereen.
Zoals je vriend Andreas.
:31:57
Noem er een paar.
:32:13
Vergeet Salam, dat is te moeilijk.
- Waarom?
:32:15
Wie zijn die gasten?
Waarom zijn ze op zoek naar Arabieren?
:32:17
Zestig duizend per naam.
Dollars.
:32:20
Als het goede informatie is.
:32:22
Als het niet goed is, kost het niets.
:32:24
Eén van hen is hier, in Rome.
:32:27
Hij heeft net 'Arabian Nights' in het
Italiaans vertaald.
:32:30
Morgen is er een lezing.
:32:33
Hij is blut. Hij heeft een nicht die
hij iedere dag belt in Damascus.
:32:37
Wil je bij de PLO?
:32:39
We moeten praten, alleen.
:32:43
En misschien heb je mensen nodig die
je helpen met je werk.
:32:46
Auto's, busjes.
:32:47
Luister, vertrouw hem niet, oké.
:32:51
Ik heb gehoord dat hij gevaarlijk is.
:32:54
Ga. Ik wil niet dat je gewond raakt.
:32:56
Gewond, waarom?