:44:00
Wat doe ik hier ?
:44:04
Wat is er gebeurd ?
:44:07
Nou, je bent in de baai
van San Francisco gevallen.
:44:12
Ik heb zo goed mogelijk je haar gedroogd.
:44:16
Je spullen zijn in de keuken.
Nog 'n paar minuten en dan zijn ze droog.
:44:20
Kom bij het vuur zitten.
:44:30
Ik pak wat kussens voor je.
:44:35
Alsjeblieft.
:44:44
Wil je wat koffie ?
:44:49
Hier, drink wat.
Of heb je liever wat sterks ?
:44:56
Ik ben in de baai gevallen
en jij hebt me eruit gevist ?
:44:59
Zo is het.
:45:01
- Bedankt.
- Weet je 't niet meer ?
:45:05
Nee, ik...
:45:09
Herinner je je waar je was ?
:45:13
Ja. Natuurlijk herinner ik me dat.
:45:18
Maar toen moet ik duizelig zijn geworden
en flauw zijn gevallen.
:45:22
Waar was je ?
:45:24
Bij het Oude Fort.
:45:29
Natuurlijk herinner ik 't me.
Ik ga er vaak heen.
:45:32
Waarom ? Waarom ga je erheen ?
:45:34
Omdat ik het zo mooi vind.
Het is er schitterend.
:45:38
Vooral bij zonsondergang.
:45:42
Bedankt voor het vuur.
:45:44
Waar was je daarvoor ?
:45:46
- Wanneer ?
- Vanmiddag, bedoel ik.
:45:51
Ik dwaalde wat rond.
:45:52
Weet ik, maar waar ?
Waar was je vlak daarvoor ?
:45:58
In de stad aan het winkelen.