:24:02
- Hij was m'n vriend.
- Dat daar ?
:24:16
- Is dit pistool van jou ?
- Nee, van hem.
:24:35
- Van hem ?
- Van mij.
:24:38
Dan zal ik het gebruiken.
:24:48
Je vriend was een Hazimi
van de Beni Salem.
:24:54
Dat weet ik.
:25:03
- Ik ben Ali ibn el Kharish.
- Ik heb van je gehoord.
:25:09
Vertel eens...
:25:13
- Wat deed die Hazimi hier ?
- Hij zou me naar Feisal brengen.
:25:19
- Je komt uit Caïro.
- Inderdaad.
:25:23
Ik ben in Cairo naar school geweest.
:25:27
Ik kan lezen en schrijven.
:25:33
M'n meester Feisal
heeft al een Engelsman.
:25:37
- Wat is je naam ?
- Die noem ik alleen aan m'n vrienden.
:25:47
En geen van m'n vrienden
is een moordenaar.
:25:51
Je bent boos, Engelsman.