:26:02
Wilt u ze echt geschut geven ?
:26:06
Dat zullen we niet
zo gemakkelijk terugkrijgen.
:26:10
Met geschut maken we ze
onafhankelijk.
:26:13
Dus kan ik ze dat niet geven.
Gelukkig moet ik bevelen opvolgen.
:26:20
Dat geldt niet voor die stakker.
Hij wil het onmogelijke.
:26:25
Hopelijk doen wij dat niet.
:26:56
- Van wie zijn al die koffers ?
- Van prins Feisal.
:27:01
Dat ben je toch niet zelf, hé ?
Maar je kent hem wel ?
:27:06
Hij is m'n meester.
Ik ben z'n dienaar.
:27:12
Kun je lezen ?
:27:21
De Chicago Courier is m'n krant, maar
m'n werk verschijnt in heel de VS.
:27:26
Dat had ik al uit uw brief begrepen.
:27:43
- Zeg het eens.
- Waar kan ik majoor Lawrence vinden ?
:27:48
- Bent u daarvoor hier gekomen ?
- Niet helemaal.
:27:52
Majoor Lawrence bevindt zich
bij m'n leger.
:27:56
- Waar kan ik uw leger vinden ?
- Dat weet ik niet.