:17:03
De rest komt vanzelf.
-Moet ik dan alles opnieuw doen?
:17:08
Dat wat je nooit overwonnen hebt,
ligt nu op je te wachten.
:17:13
De legioenen in de buitengewesten
van het rijk worden de jouwe.
:17:18
Het goud en de macht
van Egypte, jouw Egypte.
:17:22
Jij kunt de wereld veroveren
en aan je onderwerpen.
:17:26
Begrijp dat toch.
:17:29
Koningen en goden
worden niet uitgekozen.
:17:33
Niet alleen Rome, maar
het hele schiereiland Italië. . .
:17:38
moet in je handen vallen.
:17:40
Laat ze je uitroepen tot wat ze
willen. Mijn legioenen zijn de jouwe.
:17:45
Samen veroveren we een wereld
die Alexanders dromen te boven gaat.
:17:50
Wat was Rome helemaal
toen Sulla stierf?
:17:53
Toen Crassus de legers
in Parthië verspeelde?
:17:56
Ze kwamen achter me aan
in de straten. . .
:17:58
jankend als bange honden:
Caesar, red ons.
:18:02
Toen hadden ze me koning willen
maken, maar dat stond ik niet toe.
:18:17
Hij is over de muur gesmeten.
Het is geen prettige aanblik.
:18:21
Titus de geldschieter. Waarom is hij
bruut vermoord en hierheen gebracht?
:18:26
Het is een waarschuwing aan mijn
adres. Misschien ben ik de volgende.
:18:32
Durven ze jou te bedreigen?
:18:34
Waar was m'n zoon?
-Vlakbij. Hij is erg geschrokken.
:18:45
Lepidus, hoeveel legioenen heeft die?
-Vijftien of iets meer.
:18:49
Waar?
-In Scythië.
:18:51
We gaan vanavond bij Lepidus eten.
:18:53
We zullen het over legers hebben
en over dodenlijsten.
:18:57
En als ze me morgen het zand van
Libië bieden, dan neem ik het aan.