:28:01
- Waarom werk je voor de nonnen?
- Ik werk voor mezelf.
:28:04
- Waarom ben jij niet bij de mis?
- Ik heb een zaak.
:28:08
- Je bent toch katholiek?
- Alleen van geboorte.
:28:14
- Pater Murphy.
- Wat is er met hem?
:28:16
- Hij drinkt.
- Hij is priester.
:28:19
Een lerse priester.
:28:26
Wat een heilig gedoe.
:28:28
Als je hard genoeg bidt,
voel je je lege maag niet meer.
:28:32
Maar je kan er de huur
of een volle tank niet mee betalen.
:28:36
God komt hier niet aan de bakplaat staan.
:28:39
Ik moet zien dat ik geld verdien.
:28:47
- Betalen ze je wel?
- Natuurlijk.
:28:50
Ik hoor namelijk
dat ze geen rooie cent hebben.
:28:56
Die nonnen zijn niet hard genoeg
om te boeren.
:28:59
Die oude is anders behoorlijk hard.
:29:05
De ouwe Gus Ritter zat daar vroeger.
:29:08
Die kon nog aardappels verbouwen
op een rots.
:29:12
Hij liet alles na
aan een kloosterorde in Oost-Duitsland.
:29:17
Die nonnen zijn over de Muur gekomen.
Wist je dat?
:29:21
Nee. Vanuit Berlijn?
:29:24
Over de Muur, over de oceaan, het hele
land door. En waarheen? Hierheen.
:29:30
- Ze spreken de taal niet eens.
- Daarbij help ik ze een handje.
:29:35
Zekers te weten.
:29:40
Je blijft hier toch niet hangen?
:29:43
- Nee, ik ben op doorreis.
- Gelijk heb je.
:29:47
Als ze je wat vragen,
zeg je gewoon nee en rij je verder.
:29:51
Die taart daar.
Kan ik de hele taart kopen?
:29:55
Dat gaat je centen kosten.
:29:57
Pak maar in.
Ik ben 'n miljonair van Wall Street.