:09:00
Waar is m'n moeder ?
- Die bakt een notentaart. Voor mij.
:09:06
Dat zal wel.
:09:14
Wie is het ?
- Dag, moeder.
:09:17
Nee maar, Marnie.
:09:19
Jij slaat echt alles. Al dat gereis
van jou. Ik begrijp er niets van.
:09:26
Boston, Massachusetts.
Elizabeth, New Jersey.
:09:31
Ik heb chrysanten voor je.
:09:33
Maar die gladiolen zijn vers. Ik heb
ze net gekregen van Mrs. Cotton.
:09:39
Ik kan niet tegen gladiolen.
Ik doe ze weg.
:09:42
Pas een beetje op, Marnie.
Ze druipen.
:09:45
Ga deze maar naar je moeder brengen.
:09:48
Ze werkt tot zes uur.
Tot die tijd moet ik hier blijven.
:09:54
Breng ze dan maar naar de keuken.
:09:57
Toe dan. Anders wordt alles nat.
:10:00
Wij kunnen toevallig wel
tegen gladiolen.
:10:06
Moet dat nou ? Voor oppas spelen ?
:10:09
Doe ik helemaal niet.
Ik doe het voor m'n plezier.
:10:14
Ze is zo pienter. Je moest
eens horen wat ze af en toe zegt.
:10:19
Dat doe ik al.
:10:22
Ik krijg constant te horen wat
Jessie Cotton nu weer heeft gezegd.
:10:27
En altijd als ik kom, is zij hier.
:10:32
Heb je je haar geblondeerd ?
:10:36
Een beetje. Vind je het niet mooi ?
- Nee.
:10:40
Een vrouw die zo blond is,
ziet eruit of ze mannen wil aantrekken.
:10:46
Mannen zijn slecht voor je reputatie.
:10:51
Ik heb iets voor je.
:10:55
Heb je je geld weer weggegooid ?