1:23:19
Hou me vast.
1:23:24
Kom, we gaan.
1:23:29
lk woon een paar straten verderop.
1:23:32
We zijn er zo. Kom, we gaan.
1:23:44
Nee.
- Nee? Je wilde toch...
1:23:49
lk kan het niet.
1:23:52
lk dacht dat ik het kon.
lk was kwaad, maar ik kan het niet.
1:23:57
Tuurlijk kun je het wel.
1:24:01
Het spijt me, ik kan het niet.
1:24:05
Breng me alsjeblieft naar het hotel.
1:24:08
lk geloof dat ik moet overgeven.
1:24:18
ln de auto dan maar.
- Het spijt me.
1:24:22
Hindert niet. Ga maar zitten.
1:24:37
ZONDAG