:35:02
Het is een grote, verdorven stad.
-lk heb er ervaring mee.
:35:07
Hoezo?
-Op een ochtend zette ik koffie.
:35:11
Ik keek uit het raam.
Ertegenover zijn appartementen.
:35:16
Er stond een man voor het raam
die naar me keek. Hij was spiernaakt.
:35:23
Dat is vreselijk.
-lk bleef maar naar hem kijken.
:35:27
Dat moet je aangeven.
:35:30
Hij is er niet meer.
Ik kijk elke ochtend.
:35:33
Er lopen veel gekken rond.
:35:36
Een andere keer moest ik
administratieboeken wegbrengen.
:35:40
Ik stapte de lift in en drukte op 26.
Een man stapte in en drukte op 27.
:35:45
De deur ging dicht
en de lift ging omhoog.
:35:48
De man kwam naar me toe
en zoende me op m'n mond.
:35:52
Wat deed je?
-lk liet de boeken vallen.
:35:55
En toen?
-Hij raapte ze op en gaf ze me.
:35:58
De deur ging open op de 26e
verdieping en ik stapte uit.
:36:02
Kun je je dat voorstellen?
In een gebouw aan Park A venue.
:36:11
Je buik lijkt op een schoof tarwe,
versierd met lelies.
:36:19
Dat is toch uit de bijbel?
-Het Hooglied.
:36:24
Als klein meisje op zondagsschool
noemden ze dat f ragment nooit.
:36:31
Je bent nog steeds een
klein meisje op zondagsschool.
:36:36
Julie, ik zit te denken...
:36:40
Ik zou je 's ochtends
naar kantoor kunnen brengen.
:36:45
Als je ergens heen moet,
bel je me en ga ik met je mee.
:36:50
Tussen de middag haal ik je op
en dan lunchen we samen.
:36:54
Dat zal ik doen.
Ik zal voor je zorgen.
:36:59
Ik denk niet dat dit verstandig is.